maandag 5 maart 2012

ondernemersplan

Aan de slag met uw onderneming
Hulp nodig bij het schrijven van het ondernemingsplan? Weet u niet waar u moet beginnen? En welke onderdelen het plan allemaal bevat? Deze training is een uitstekende voorbereiding op het maken van een eigen ondernemingsplan, zowel voor startende bedrijven als voor ondernemers die al een tijdje actief zijn. De ervaren trainers, afkomstig vanuit het team ROZ adviseurs, geven u praktische informatie die nodig is om te komen tot een compleet ondernemingsplan.

Na het volgen van deze training..
> weet u uit welke onderdelen een ondernemingsplan bestaat;
> kunt u uw eigen marketingplan en financiële plan opstellen;
> beschikt u over een eigen ondernemingsplan.

Wilt u alvast het ondernemingsplan en de bijbehorende handleiding bespreken? Bel onze advieslijn op 0644666092 of Klik hier.

Voor wie?
U heeft een duidelijk bedrijfsidee en wilt voor uzelf beginnen. U wilt weten welke informatie in een ondernemingsplan moet staan. Of u bent al ondernemer, maar heeft uw bedrijfsidee niet duidelijk uitgewerkt in een plan en wilt daar graag tips en advies bij.

Wij verwachten een behoorlijke inzet van u buiten de trainingsbijeenkomsten om.

Wilt u dieper ingaan op het financiële onderdeel van uw ondernemingsplan? Of weten hoe u het beste uw administratie bij kunt houden? Volg dan een van onze financiële trainingen: Inzicht in financiële begrippen, Aan de slag met uw administratie of Hoe haal ik meer uit mijn jaarcijfers.

Duur:
4 dagdelen van 3 uur

Trainingsdata:

Data: 6, 13, 20, 27 maart 2012
Tijden: 14.00 - 17.00 uur
Locatie:

Data: 8, 15, 22, 29 mei 2012
Tijden: 14.00 - 17.00 uur
Locatie:

Data: 4, 11, 18, 25 juli 2012
Tijden: 14.00 - 17.00 uur
Locatie:

Data: 4, 11, 18, 25 september 2012
Tijden: 14.00 - 17.00 uur
Locatie:

Data: 6, 13, 20, 27 november 2012
Tijden: 14.00 - 17.00 uur
Locatie:

Aanmelden:
Aanmelden voor deze training kan door het volledig invullen van het inschrijfformulier



INSCHIJFFORMULIER
Ondernemingsplan

Naam Onderneming



Inhoud
1. De ondernemer 3
1.1. Persoonlijke gegevens 3
1.2. Persoonlijke motieven en doelstellingen 3
1.3. Persoonlijke kwaliteiten 3
2. Het Marketingplan 3
2.1. De onderneming 3
2.2. Idee 3
2.3. De markt 3
2.3.1 Marktontwikkeling 3
2.3.2 Doelgroepen 3
2.3.3 Concurrentie 3
2.4. SWOT Analyse 3
2.5. De marketing mix 3
2.5.1 Product 3
2.5.2 Prijs 3
2.5.3 Plaats & Distributie 3
2.5.4 Promotie 3
2.5.5 Personeel 3
2.6. Doelstellingen 3
2.6.1 Mijn missie 3
2.6.2 Mijn visie 3
3. Het Financieel Plan 3
3.1. Financieringsaanvraag 3
3.2. Financieel plan 3

1. De ondernemer

Heb je een zakelijke partner? 0 Ja* 0 Nee

N.B.: Indien er sprake is van meerdere ondernemers, zoals bij een V.O.F., dan moet heel hoofdstuk 1 door alle betrokken ondernemers worden ingevuld.
1.1. Persoonlijke gegevens

Gegevens ondernemer Gegevens tweede vennoot
Achternaam
Voorletters
Geslacht
Adres
Postcode
Woonplaats
Land
Telefoon
Mobiel
E-mail
Geboortedatum
Nationaliteit
Burgerlijke staat 0 Alleenstaand
0 Gehuwd in gemeenschap van goederen
0 Gehuwd onder huwelijkse voorwaarden
0 Geregistreerd partnerschap
0 Samenwonend (niet geregistreerd) 0 Alleenstaand
0 Gehuwd in gemeenschap van goederen
0 Gehuwd onder huwelijkse voorwaarden
0 Geregistreerd partnerschap
0 Samenwonend (niet geregistreerd)
Naam privé partner
Geboortedatum partner
Thuiswonende kinderen
Leeftijden kinderen
BSN (sofinummer)
Hoogst genoten opleiding 0 Voortgezet onderwijs
0 LBO
0 MBO
0 HBO
0 WO
Diploma behaald? 0 Voortgezet onderwijs
0 LBO
0 MBO
0 HBO
0 WO
Diploma behaald?


Kom je uit een ondernemersgezin? 0 Ja 0 Nee 0 Ja 0 Nee Ben je eerder ondernemer geweest? 0 Ja 0 Nee 0 Ja 0 Nee



Relevante werkervaring
Periode: Omschrijving:

….


….


….



Relevante werkervaring Tweede vennoot (indien van toepassing)
Periode: Omschrijving:

….


….


….




1.2. Persoonlijke motieven en doelstellingen
Hierin beschrijf je waarom je een onderneming wilt beginnen. Motiveer je keuze voor het ondernemerschap.

….


….


1.3. Persoonlijke kwaliteiten

Geef een eerlijk beeld van je persoonlijke sterktes en zwaktes.
Om (meer) inzicht te krijgen in je sterke en zwakke punten kun je een ondernemerstest invullen. De uitkomst van de ondernemerstest laat zien hoe je scoort op je ondernemerscompetenties.

Ondernemerstest 2e vennoot
Voor een betrouwbaar inzicht in mijn kwaliteiten als ondernemer heb ik een ondernemerstest gedaan. 0 Ja
0 Nee 0 Ja
0 Nee
* Indien ja, uitslag ondernemerstest bijvoegen.


Ik denk dat mijn sterke en zwakke punten als volgt zijn:

Sterke punten
Zwakke punten

….
….


Sterke punten
Zwakke punten

….
….




2. Het Marketingplan
2.1. De onderneming

Onderneming
Handelsnaam
Inschrijvingsnummer KvK
Rechtsvorm 0 Eenmanszaak
0 VOF
0 Besloten Vennootschap (B.V.)
0 Stichting
0 Anders, namelijk ……………………………
Datum inschrijving KvK
Wie doet de administratie?
Tarief omzetbelasting
Frequentie van betalen omzetbelasting
BTW nummer
Algemene voorwaarden geregeld?
Vergunningen 0 Niet vereist
0 Wel vereist, (nog) niet verkregen;


0 Verkregen vergunningen


Subsidies
Verzekeringen geregeld ? 0 Nee
0 Ja, namelijk:


2.2. Idee
Dit is de kern van je ondernemingsplan! Hier leg je kort maar krachtig uit wat je wilt gaan doen en waarom je dit wilt gaan doen.


….



2.3. De markt

2.3.1 Marktontwikkeling
Hier geef je aan hoe de markt zich ontwikkelt, zowel op macroniveau als op lokaal niveau.

….



2.3.2 Doelgroepen
Het is belangrijk om uw doelgroep zo nauwkeurig mogelijk te omschrijven. Wie zijn je (potentiële) klanten?

….



2.3.3 Concurrentie
Wie zijn jouw concurrenten? Wat zijn de sterke en zwakke punten van de concurrentie en hoe ga jij je onderscheiden?

….




2.4. SWOT Analyse
Wat zijn de sterke en zwakke punten van je eigen onderneming en wat zijn de kansen en bedreigingen die zich in de markt voordoen of gaan voordoen?

Intern (uw bedrijf) Extern (de markt)
Strength (sterktes) Weakness (zwaktes) Opportunities (kansen) Threats (bedreigingen)
…. …. …. ….
Hoe ga ik hiermee om? Hoe ga ik hiermee om? Hoe ga ik hiermee om? Hoe ga ik hiermee om?
…. …. …. ….




2.5. De marketing mix
Met de marketingmix geef jij je bedrijf een duidelijk eigen gezicht. De marketingmix maakt je bedrijf herkenbaar voor de buitenwereld.

2.5.1 Product
Product staat voor meer dan alleen een product of dienst. Wat is de toegevoegde waarde voor de klant? Welk probleem lost het op? Denk ook aan verpakking, garantievoorwaarden, uitstraling en merk.

….


2.5.2 Prijs
De prijs zegt iets over het product dat je levert, maar ook over het deel van de markt waar je je op richt. Met een hoge prijs trek je een andere doelgroep dan met een stuntprijs.

….


2.5.3 Plaats & Distributie
Hier maakt je duidelijk waar jij je bedrijf vestigt. Gaat je huren of kopen? Start je vanuit huis of kies je voor een bedrijvencentrum/ bedrijfspand?
Beschrijf ook hoe je bedrijfskolom eruit ziet. Hoe verloopt de distributie? (van leverancier tot klant)

….


2.5.4 Promotie
Promotie maken kan op allerlei manieren en via verschillende kanalen. Beurzen, nieuwsbrieven of internet zijn mogelijke promotiekanalen. Wanneer ga je wat precies doen?

….


2.5.5 Personeel
Wie gaan de werkzaamheden uitvoeren? Welk personeel ga je werven en welke eisen stel je aan je personeel?

….



2.6. Doelstellingen

2.6.1 Mijn missie
Wie zijn we, wat zijn onze waarden, hoe willen we met onze klanten en medewerkers omgaan?
Probeer ook zo reëel mogelijk in te schatten hoe groot de omzet is die je verwacht te gaan halen.

….


2.6.2 Mijn visie
Waar wil je over 5 tot 10 jaar staan met je onderneming? Wat ga je doen om te zorgen dat je succes hebt en houdt?

….




3. Het Financieel Plan
3.1. Financieringsaanvraag
Om dit ondernemersplan op een goede manier uit te voeren heb ik een zakelijk krediet van Qredits nodig van € …. met een aflossingstermijn van …. maanden.

3.2. Financieel plan

Voor het opstellen van het financieel plan klik hier: http://www.qredits.nl/producten/ondernemingsplan



Let bij de diverse onderdelen van het financiële plan op de volgende zaken:

1. Het investeringsplan: hierin staat beschreven waarvoor u vermogen nodig heeft.
2. Het financieringsplan: hierin staat beschreven hoe u de vermogensbehoefte (die blijkt uit het investeringsplan) gaat financieren.

Het financieringsplan dient dus, qua totaal bedrag, overeen te komen met het investeringsplan.

3. De exploitatiebegroting: hierin staat vermeld welke verwachtingen u heeft m.b.t. de omzet, de kosten en de winst. Geef altijd een toelichting waarom je een bepaalde verwachting hebt van de omzet, kosten en winst. Onderbouw deze zo goed als mogelijk!

4. De liquiditeitsprognose: hierin staat vermeld welke ontvangsten en uitgaven u verwacht in de komende 2 jaar. Hier wordt maandelijks gekeken wat de saldoveranderingen zijn op uw zakelijke rekening. In de liquiditeitsprognose komt niet alleen de eventueel te ontvangen lening van Qredits altijd terug, maar ook de rente en aflossing van de lening.

--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Een werkplan maken voor een lokale belangenorganisatie.

Een werkplan geeft aan eventuele medewerkers, (nieuwe) vrijwilligers en de achterban inzicht in de werkzaamheden van een organisatie. Ook een subsidiegever vraagt vaak om een werkplan om zicht te hebben waaraan de subsidie wordt besteedt.

Belangenorganisaties hebben veel te doen. Er komt veel werk op hen af en tijd is schaars of er zijn (te) weinig mensen om het werk te doen. Soms zijn er mensen actief, die minder energie hebben of tijdelijk door hun beperking niet inzetbaar zijn. Lijn aanbrengen in de werkzaamheden is een goed middel om met beperkte tijd en menskracht toch het nodige aan werk te kunnen verzetten.

Een werkplan is een manier om structuur aan te brengen. Een belangenorganisatie zet voor zichzelf in een werkplan op een rij wat er gedaan moet worden, wanneer, met wie, hoeveel tijd dat kost en welke resultaten uw organisatie wil bereiken.

Wat komt voor in een werkplan
•een manier van na te denken hoe het beste invloed uit geoefend kan worden op lokaal en regionaal niveau
•overzicht van prioriteiten
•Het aanbrengt ordening aan en geeft inzicht in de hoeveelheid werk
•Het stimuleert planmatig werken
•Het zorgt voor een gelijkmatige verdeling van activiteiten over het jaar
•Het geeft regie over uw eigen werkzaamheden
•Het omschrijft de taakverdeling van het werk
•Het geeft inzicht in te behalen resultaten
•Het is een middel om de achterban te betrekken en te informeren over uw werk
•Het is vaak een voorwaarde voor subsidie
Onderdelen werkplan
•De missie van uw organisatie is omschreven
•De visie van uw organisatie is omschreven
•De doelstellingen van uw belangenorganisatie zijn omschreven
•Het geeft inzicht hoe u werkt
•Het geeft inzicht met wie u samenwerkt
•Duidelijk is welke belangen zwaar wegen
•U kunt evalueren of deze werkwijze leidt tot de gewenste resultaten
Prioriteiten stellen
•Lijst maken met aandachtspunten en knelpunten vanuit uw achterban
•Informatie opvragen bij lokale/regionale partijen over relevante ontwikkelingen
•Keuze maken uit onderwerpen die uw organisatie belangrijk vindt
•Keuze maken uit onderwerpen waar uw organisatie invloed op uit kan oefenen
•Maak ook keuzes uit onderwerpen waarover u gevraagd of ongevraagd wilt adviseren
•Zijn er punten bij die op korte termijn tot succes leiden?
•Zijn er voldoende punten bij waaraan u met plezier kunt werken?
Werkzaamheden plannen
•Jaarlijks terugkerende onderwerpen (na evaluatie)
•Actualiteit of afspraken over prestaties met de subsidiegever
•Kijk of bepaal per onderwerp hoeveel tijd er mee is gemoeid.
•Neem niet te veel hooi op uw vork!
Inhoud handreiking
1.Wat staat er in een werkplan?
- Welke onderwerpen
- Prioriteiten stellen
2.De achterban bij het werkplan betrekken
- Methode om uw achterban te betrekken
3.Wat hoort er in een werkplan te staan?
Verder lezen
•Handreiking Werkplan maken voor lokale belangenorganisaties (Word)

..
Hoe maak ik een planning?
Het is belangrijk een goede tijdsplanning te maken: je weet dan precies wanneer, wat, waar en door wie iets geregeld moet zijn. De tijdsplanning kun je op twee manieren doen:

een einddatum bepalen en dan op een rij zetten wat er allemaal moet gebeuren; of

eerst bepalen wat er allemaal gedaan moet worden en daar de einddatum van af laten hangen.
Zorg ervoor dat je alle aspecten meeneemt in je tijdsplanning zoals kopen van eten, krijgen van toestemming, voorbereidingen op de dag zelf, publiciteit enzovoorts.

Hoe maak ik een taakverdeling?
Iedereen in jouw groep is medeverantwoordelijk voor het eindresultaat. Als er iets niet goed gaat, dan heeft iedereen evenveel recht om in te grijpen. Bij een groepsactiviteit zijn dus alle groepsleden verantwoordelijk!

Hier volgen enkele tips over samenwerking:

Maak een lijstje met afspraken en besluiten. Zorg ervoor dat iedereen dat krijgt. Zet bij de afspraken ook wie verantwoordelijk is en wanneer het klaar moet zijn. Door in het begin duidelijke afspraken te maken over wanneer je bij elkaar komt en wat er gedaan moet worden, kun je voorkomen dat iemand niks doet. Je kan hem/haar dan aanspreken op de afspraken.

Wijs altijd een soort voorzitter aan, die de tijd in de gaten houdt en ervoor zorgt dat je bij je onderwerp blijft. Zoek iemand in de groep, die deze taak goed kan uitvoeren. Voorzitter zijn is iets anders dan leiderschap: de leider hoeft geen goede voorzitter te zijn.


Coach
Pekoenja vindt het belangrijk dat je iemand vindt, bij wie je terecht kunt met vragen en problemen. Dat kan een familielid zijn, een jongerenwerker of een kennis. Belangrijk is wel dat jij en je vrienden degenen zijn die alles doen. Jullie bepalen wat en hoe er dingen gebeuren. Het is immers jullie plan! Jullie begeleider of coach is ervoor om jullie te helpen bij problemen, raad te geven en te helpen met het schrijven van bijvoorbeeld brieven.

Natuurlijk kun je ook bij Pekoenja met vragen en problemen terecht.


Financiering
1. Financiering
2. Waar kun je geld vinden?
3. Sponsoring of donatie?
4. Waarom zou een geldschieter geld 'geven' ?
5. Bijhouden van inkomsten en uitgaven
6. Financieel begeleider

Financiering
Informeer goed in je omgeving. Steeds vaker heeft de gemeente een geldpot speciaal voor jongerenactiviteiten of zijn er mogelijkheden op school. Je kunt je ook laten sponsoren door organisaties. Sponsors kunnen grote bedrijven zijn, maar ook het café of de bakker op de hoek.

Terug

Waar kun je geld vinden?
Nederland (nationaal)
In Nederland zijn veel fondsen. Er zijn speciale boeken en diskettes met daarin alle fondsen. In de meeste bibliotheken hebben ze deze Fondsenboeken in hun collectie. Het aanschrijven van nationale fondsen is goed te doen, maar omdat deze fondsen erg veel aanvragen binnenkrijgen moet je wel 'opvallen' met je aanvraag.

In ieder geval is het zo dat het beter werkt als je een fonds aanschrijft, dat zich op een bepaald thema richt die past bij je activiteit. Het is belangrijk om een specifiek bedrag te vragen en aan te geven bij wie je nog meer een aanvraag hebt ingediend. Vergeet ook niet dat bij veel fondsen een aanvraag gauw een aantal maanden in beslag kan nemen.

Op onze website is nog meer informatie te vinden over andere geldbronnen, die jongerenactiviteiten financieren.

In je regio/woonplaats
Denk hierbij aan gemeenten, die speciale subsidies verstrekken aan jongerenprojecten. Informeer bij de afdeling Voorlichting van je gemeente over mogelijkheden. Je kunt ook lokale sponsoren zoeken. Dit kunnen sponsoren zijn die je project (mede)financieren, maar ook organisaties die je in 'natura' sponsoren. Bijvoorbeeld een bakker die de broodjes verzorgt in ruil voor reclame, of een drukker die een speciaal prijsje maakt. Voor de sponsoring in 'natura' kun je het beste kijken of je gebruik kunt maken van kennissen en/of vrienden. Natuurlijk is ook bij het zoeken naar lokale sponsoren belangrijk dat je erg enthousiast overkomt.

Zelf verdienen/financieren
Je kunt een eigen bijdrage vragen of een geldinzamelingsactie houden, zoals: een lege-flessen-inzamelactie, auto´s wassen, etc..

Europa
Jeugd is een subsidieprogramma van de Europese commissie. Het is mogelijk subsidie aan te vragen voor o.a. jongerenuitwisselingen, lokale jongereninitiatieven en Europese vrijwilligerswerk- projecten.

Terug

Sponsoring of donatie?
Er is verschil tussen sponsoring en donatie. Een donatie is een gift, waar geen tegenprestatie tegenover staat. Voor dit soort bedragen kun je het beste fondsen, gemeenten of woningbouwcorporaties benaderen.

Bij sponsoring wordt er een tegenprestatie verwacht. Dit is over het algemeen dat je de naam van de sponsor op een poster vermeldt, in het programmaboekje zet of een spandoek van je sponsor hangt op jouw activiteit.

Terug

Waarom zou een geldschieter geld ´geven´ ?

- Omdat men jouw activiteit of participatie belangrijk vindt. Denk hierbij aan gemeenten en
fondsen.
- Om een eigen doel te bereiken of om er iets voor terug te krijgen: bedrijven willen bijvoorbeeld
laten zien dat ze iets over hebben voor hun omgeving. Door sponsoring laten zij hun
betrokkenheid zien en dat levert hen goede publiciteit op.
- Voor een persoon kan het aanzien of 'een goed gevoel' opleveren, wanneer hij/zij een bijdrage

levert aan de maatschappij.
- De gemeente kan steun geven, omdat een groep bijdraagt aan iets wat zij belangrijk vindt.
- Omdat de geldschieter jou of je groep kent. Bijna iedereen krijgt wel eens de vraag om
geld bij te dragen. De praktijk leert dat je eerder een bijdrage geeft, wanneer je iemand
kent dan aan een onbekende. Publiciteit kan ervoor zorgen dat men je kent en je dus eerder
geld zal geven. Schakel dus vrienden, bekenden en familie in!

Terug

Bijhouden van inkomsten en uitgaven
Het is in ieder geval belangrijk dat je alle financiële zaken van je activiteit goed op een rij hebt staan. Zorg dat je je uitgaven overzichtelijk bijhoudt, bijvoorbeeld in een schrift of op de computer. Je kunt eventueel op de verschillende pagina’s de verschillende posten neerzetten. Schrijf aan de bovenkant van de pagina hoeveel geld je maximaal mag besteden. Zo kun je zien of je nog geld overhebt of niet.

Bewaar alle bonnetjes op één plek, bijvoorbeeld in een doos, envelop of map. Je hoeft er dan later niet naar te zoeken.

Terug

Financieel begeleider
Hij of zij is verantwoordelijk voor het geld. Het geld dat je voor je activiteit ontvangt, wordt op zijn of haar rekening gezet. Je financieel begeleider kan alle inkomsten en uitgaven gaan bijhouden, maar dat kan ook één van jullie doen. Dit moet je goed overleggen met je begeleider. Het is altijd handig om één van jullie verantwoordelijk te maken voor het geld. Die persoon (de ‘penningmeester’) vraagt om het geld en beheert dat dan.

Je financieel begeleider moet ouder dan 18 jaar zijn. Als jullie bijvoorbeeld het geld niet aan het project besteden of uitgaven niet kunnen verantwoorden, dan wordt hij of zij aansprakelijk gesteld. Het is dus een zeer verantwoordelijke taak. Je financieel begeleider moet daarom een brief ondertekenen, waarin hij/zij aangeeft te beseffen wat zijn/haar verantwoordelijkheid is.

Terug


Hoe zorg ik voor publiciteit?
Pekoenja is enorm geholpen met gratis publiciteit.
Als jullie een website hebben, kun je die linken aan die van ons. Je kunt ook een interview met een Pekoenja-assistent of een artikel over een project plaatsen.
Ook kunnen jullie ons logo gebruiken op al jullie drukwerk, of onze kleine banner of grote banner op jullie eigen website plaatsen!

Publiciteit krijgen voor jouw activiteit kan op verschillende manieren:

Flyeren
-----Flyer daar waar de mensen komen, die interesse (kunnen) hebben in jouw activiteit.
-----Spreek de mensen aan voordat je de flyer geeft.

Persbericht
Pekoenja vindt het belangrijk dat je in de publiciteit over je activiteit duidelijk noemt dat het (mede) mogelijk is gemaakt door ondersteuning door Pekoenja. Kijk eens naar ons persbericht om te zien hoe je dat moet doen. Voorbeeld persbericht (Word document)

**Beperk je persbericht tot één pagina. Als een journalist meer informatie wil, zal hij contact met je opnemen. Vergeet nooit je naam en telefoonnummer te vermelden.
**Bedenk een heldere titel: het moet de ontvanger van het bericht in één oogopslag duidelijk zijn waarover het gaat. Je kunt uiteraard ook nog een folder of een foto bij het persbericht stoppen.
**De eerste zinnen van het bericht moeten meteen duidelijk maken waar het om draait.
Geef daarom in de inleiding antwoord op de 5 W-vragen: wie, wat, wanneer, waar en waarom.
**En let goed op de schrijfstijl:
-----Gebruik de derde persoon (geen ‘ik’, ‘wij’ of ‘onze organisatie’, maar ‘hij’, ‘zij’ of ‘de organisatie’).
-----Gebruik aanhalingstekens (“ ”) als je uitspraken van anderen of jezelf gebruikt.
-----Gebruik korte zinnen.

Voor wie is het persbericht?
Huis-aan-huisbladen, lokale dagbladen en tijdschriften: ga in die bladen op zoek naar het colofon. Dit is een overzicht met gegevens van de journalisten, de redactieleden, enzovoorts. Daar staat ook het adres van de redactie, en soms ook een telefoonnummer. Neem eerst even contact op met de redactie vóórdat je activiteit plaatsvindt en vraag of ze interesse hebben om langs te komen. Je kunt natuurlijk ook meteen een persbericht sturen.

Radio en lokale televisie
Vaak is er in jouw buurt een lokale radio- of televisiezender, soms speciaal voor jongeren. Zoek het adres of telefoonnummer op in het telefoonboek en bel of ze interesse hebben om langs te komen.

Mond-tot-mondreclame
Vertel iedereen over jullie activiteit! Nodig ook mensen persoonlijk uit om te komen en maak hen enthousiast voor jouw project. Dit is namelijk de beste reclame die er is.

Heb jij een idee om Pekoenja meer bekendheid te geven?
Kom jij met een groep jongeren bij elkaar en wil je dat Pekoenja daar een presentatie houdt?
Laat ons dat dan weten.

Voorwaarden:
1. Jij en je twee vriend(inn)en zijn tussen de 11 en 22 jaar.


2. De activiteit is een nieuw initiatief -door jullie zélf bedacht- en jullie voeren die uit.



3. Je levert het aanvraagformulier, werkplan en begroting met zijn 3-en in. Dit doe je minimaal 7 weken voor aanvang van het project. Van alle aanvragers en de financieel begeleider eisen wij een kopie van paspoort of identiteitskaart.



4. De activiteit moet laten zien dat je betrokken bent bij andere jongeren, bij de buurt of bij een maatschappelijk thema. Méér mensen moeten plezier van de activiteit hebben, dan jij en je vriendenkring of een andere besloten groep.



5. Je hebt een goede reden voor jouw activiteit. We hebben het dan niet over een avondje gezelligheid in de disco of het bijwonen van een optreden van een popgroep, maar over een activiteit die in meer of mindere mate een maatschappelijke meerwaarde heeft.



6. Pekoenja geeft nooit meer dan 3.000 euro voor een activiteit.
Heel soms financieren we een project een tweede keer, maar we geven nooit meer dan € 3.000 aan dezelfde aanvragers.



7. De activiteit moet in Nederland plaatsvinden.



8. Iemand die ouder is dan 21 jaar, of een organisatie, moet de verantwoordelijkheid dragen voor de financiën.



9. Pekoenja financiert in principe alleen doe-activiteiten voor maximaal één jaar.


N.B.
-Er wordt geen geld geschonken voor de aanschaf van materialen.

-Er wordt geen subsidie gegeven voor fondsenwerving voor andere goede doelen (met uitzondering van projecten van Kinderpostzegels).




Verplichtingen:
Je moet naam en logo van Pekoenja gebruiken op posters, folders en brieven en in het
voeren van andere publiciteit duidelijk noemen als (mede-)financier van jullie activiteit.


Als de activiteit is afgelopen, sturen wij vanzelf een evaluatieformulier. Zo kun je ons een verslag aanleveren, waarin jullie vertellen hoe de activiteit van begin tot eind is verlopen en wat je met het geld gedaan hebt.


Wij verwachten achteraf ook een financieel verslag (alle bonnetjes inleveren), waardoor wij een totaaloverzicht krijgen van alles wat is uitgegeven en ontvangen.

Wil je een aanvraag indienen? Ga dan naar aanvraag indienen.

HyvesLinkedInMailPrintenVoltijd

Communication and Multimedia DesignRotterdams Onderwijs ModelOpbouwVakkenPraktijkKeuze en begeleidingToelatingPraktische informatieShowcasesBeroepsbeeldCommunication and Multimedia DesignRotterdams Onderwijs ModelAl onze opleidingen werken met het Rotterdams Onderwijs Model. Dit model garandeert dat onze opleidingen een ideale balans hebben tussen drie elementen: kennis, praktijk en persoonlijke ontwikkeling.

De lesvormen bij Hogeschool Rotterdam
Tijdens je opleiding krijg je te maken met allerlei lesvormen. Natuurlijk krijg je theorievakken in hoor- of werkcolleges.

In andere lesuren oefen je je vaardigheden in practica en 'skills-labs' (praktijkruimtes) en krijg je studieloopbaancoaching. Samen met een aantal medestudenten werk je aan projecten, maar je zult ook regelmatig zelfstandig achter de computer zitten om informatie op te zoeken.

Kennisgestuurd onderwijs
In de eerste fase van je opleiding krijg je de basis aan kennis en vaardigheden onder de knie, die nodig zijn voor je beroep. Dat gebeurt in hoor- en werkcolleges, practica en trainingen. Je krijgt opdrachten om die kennis toe te passen in vraagstukken uit je beroep. Die pak je zelfstandig of samen met andere studenten aan. In de latere fasen van je opleiding ga je vaker zelfstandig op zoek naar de kennis die je nodig hebt in de beroepspraktijk.

Praktijkgestuurd onderwijs
In een hbo-opleiding is de beroepspraktijk zélf de beste leermeester. De praktijk is daarom vanaf het eerste jaar geïntegreerd in je opleiding. Eerst maak je kennis met die praktijk en leer je reële beroepsvraagstukken aan te pakken, bijvoorbeeld in projecten, waar mogelijk voor een 'echte' opdrachtgever. In de loop van de opleiding worden die projecten complexer. Je werkt dan ook vaak samen met studenten van andere opleidingen.

Studenten pakken samen met professionals uit de praktijk en docenten externe opdrachten op. In de stage en het afstudeeronderzoek leer je de beroepspraktijk op een heel zelfstandige manier intensief kennen.

Studentgestuurd onderwijs
Op allerlei manieren kun je bij Hogeschool Rotterdam kiezen wat voor jou belangrijk is. Twee belangrijke mogelijkheden zijn je keuzevakken en je minor (specialisatie). In de eerste twee jaar van je opleiding haal je studiepunten door het volgen van keuzevakken. Je kunt daarbij kiezen uit een omvangrijk pakket keuzevakken, aangeboden door de verschillende opleidingen van Hogeschool Rotterdam.

Je krijgt de kans om over de grenzen van je eigen opleiding heen te kijken, maar ook om invulling te geven aan je specifieke leerbehoeften. Als dat nodig is, moet je de keuzevakkenruimte gebruiken om kennis bij te spijkeren, bijvoorbeeld op het gebied van de Nederlandse taal, Engels of wiskunde. Belangrijk is ook de minor die je in het vierde jaar volgt. Deze minor geeft je de ruimte om naar eigen voorkeur een specifiek accent in jouw studieprogramma aan te brengen.

Een voorbeeld
CMD Rotterdam leidt op tot verschillende rollen. Eén van die rollen is Visual Designer. Het kennisgestuurde onderwijs richt zich op de theoretische basis voor die rol. Zo krijg je in de propedeuse Design Basics en Information Design. In de jaren daarna verdiepen we die kennis met onderwerpen als Screen Design, Dare to Design, Experience Design, Design Psychology en Design Theory. Uiteindelijk heb je dus de kennis die nodig is om als Visual Designer het creatief concept van een interactief product of dienst vorm te geven waarin het merk, de visuele identiteit en de beleving samenkomen.

In de praktijkgestuurde lijn oefen je daadwerkelijk met die rol als Visual Designer van bijvoorbeeld een community voor basisscholen. Je werkt dan een ontwerp uit tot in de (pixel-) puntjes. Je kiest de juiste stijl, vormen, letters en weet het juiste gevoel over te brengen op de doelgroep. Om daar te komen doe je eerst 'Design Research' om de uitgangspunten van het ontwerp te bepalen en verken je verschillende oplossingsrichtingen. Ook kun je al je ontwerpkeuzen motiveren en presenteren aan de opdrachtgever.

En als je verder wilt als Visual Designer, dan kun je in het studentgestuurde onderwijs nog meer het beste uit jezelf halen. In die lijn draait het om begeleiding, persoonlijke aandacht en specialisatie. Je werkt aan je portfolio, ontdekt welk type ontwerpbureaus er zijn en hoe je ermee in contact kunt komen en breidt je kennis en vaardigheden uit door een minor te kiezen als 'Interface & Experience Design'.

Meld je nu aan
Visitor CentreKom kennismaken

StudievoorlichtingStel ons je vragencontact HoofdmenuHomeOpleidingenRichtingen
EconomieGedrag en maatschappijGezondheidszorgKunstMedia & ICTOnderwijsTechniekType
Associate DegreeBachelorMasterVorm
VoltijdDeeltijdDuaal StuderenVoorlichting
Studie in beeld
Toelating
AanmeldenVoorzieningen
Post-hbo
Voor decanen BedrijvenStages & Projecten
Innovatie
Professionalisering
Strategische samenwerking
Sectoren
Portfolio
Contactgegevens OnderzoekKenniscentra HogeschoolVisie & Positionering
Nieuws & Pers
Agenda
Organisatie
PublicatiesContact
Locaties
Werken bij HR
Alumni VoltijdDeeltijd